LHBT’er of mens?

Bron: http://www.flurtmag.com/2013/06/sexuality-to-label-or-not-to-label/

In onderzoek naar seksuele- en genderidentiteit vulden verdacht veel ‘lhbt’ers’ in dat zij zich bovenal als ‘mens’ identificeren. Waarom dan toch al die hokjes?

Op 24 april presenteerde Rutgers het rapport ‘Een wereld van verschil’. Hierin staan de resultaten van het onderzoek naar de seksuele gezondheid van lesbische vrouwen, homoseksuele mannen, biseksuelen en transgenders – afgekort LHBT’s. Eén van de uitkomsten van het onderzoek is dat dé LHBT’er niet bestaat. Vandaar ook de titel ‘Een wereld van verschil’. Moeten we het dan eigenlijk wel over ‘LHBT’s’ hebben?

Verschillende hokjes

LHBT, je moet maar net weten waar die letters voor staan. Als je dat wel weet, wekken de letters L, H, B en T de indruk dat het om vier afgebakende doelgroepen gaat: als je tot de ene groep behoort, behoor je niet tot de andere. Maar dat is niet waar. Ten eerste zijn de grenzen tussen verschillende seksuele oriëntaties helemaal niet zo strak te trekken. Er zijn bijvoorbeeld mensen die vooral op het eigen geslacht vallen, maar ook wel (eens) op het andere. Sommigen van hen noemen zichzelf homoseksueel of lesbisch, anderen noemen zichzelf biseksueel. Uit ander onderzoek blijkt bovendien dat mensen nog wel eens van seksuele oriëntatie veranderen. Zij dachten bijvoorbeeld eerst alleen op mensen van het eigen geslacht te vallen, en komen er dan achter dat zij zich ook aangetrokken kunnen voelen tot mensen van het andere geslacht. Andersom komt ook voor.

Seksuele oriëntatie of genderidentiteit?

Verwarrend is ook dat de eerste drie letters over seksuele oriëntatie gaan, en de vierde over genderidentiteit. L, H en B zeggen iets over op wie je valt, terwijl T iets zegt over wie of wat je bent. Als iemand transgender is, zegt dat dus niets over welke seksuele oriëntatie diegene heeft. Transgenders kunnen – net als iedereen – homo, lesbisch, biseksueel of heteroseksueel zijn. Iemand kan dus zowel T als L, H of B zijn, en dat komt vaak voor. Bron: http://tripproject.tumblr.com/post/24140827714/sexual-identity-gender-identity

Vreemd aan de afkorting LHBT is ook dat er in de letters L en H wel onderscheid wordt gemaakt naar geslacht, terwijl de letter B zowel over mannen als vrouwen gaat. Dat komt natuurlijk omdat er geen verschillende woorden zijn voor biseksuele mannen en biseksuele vrouwen, maar dit soort dingen wekt wel verwarring.

Zo werd er een keer een workshop georganiseerd waarbij mensen in vier groepen werden verdeeld: L, H, B en T. Veel transgenders vielen dus tussen wal en schip: zij moesten kiezen tussen een groep waarin over hun seksuele oriëntatie werd gesproken en een groep waarin hun genderidentiteit het thema was. En biseksuele vrouwen bespraken samen met de mannen hun seksuele oriëntatie, terwijl lesbische vrouwen en homoseksuele mannen apart gingen zitten.

Ehhhh..?

Volgt u het nog? Mooi, want nog leuker is het dat er ook mensen in de steekproef zitten die zichzelf helemaal niet homo, lesbisch, bi en/of transgender noemen. Zij noemen zichzelf bijvoorbeeld panseksueel, bischierig of heteroflexibel. Of, als het om genderidentiteit gaat: derde geslacht, hybrid of androgyn. Nog vaker schreven respondenten op dat zij zich niet in een hokje willen plaatsen. Bij de optie ‘anders, namelijk…’ vulden veel respondenten in dat zij zich identificeren als ‘mens’.

Als onderzoeker ga je je toch achter de oren krabben met dit soort resultaten. Waarom zijn wij zo hard bezig om mensen in hokjes te plaatsen, als de realiteit zoveel complexer en gevarieerder blijkt te zijn? En waarom noemen we LHB en T in één adem, als het eigenlijk om twee zo verschillende dingen gaat: seksuele oriëntatie en genderidentiteit?

Soortgelijke ervaringen

Natuurlijk hebben we daar wel redenen voor. De overgrote meerderheid van de LHBT’s kan zichzelf namelijk wel ‘in een hokje’ plaatsen: slechts een kleine minderheid kruiste het vakje ‘anders, namelijk…’ aan. Bovendien is het handig om verschillende categorieën met elkaar te vergelijken om te zien welke problemen er in de verschillende groepen zijn. Seksuele minderheden en genderminderheden nemen we in één onderzoek mee omdat zij veel ervaringen delen. Ze maken een zoektocht naar hun identiteit door en leven in een samenleving waarin hun acceptatie te wensen overlaat. Voor transgenders is de zoektocht naar hun genderidentiteit vaak verweven met een zoektocht naar hun seksuele oriëntatie. Seksuele oriëntatie en genderidentiteit zijn dan wel twee verschillende dingen, maar raken elkaar vaak wel.

Vooral mens

Toch zou het fijn zijn als we die hokjes af en toe ook loslaten. En onthoud vooral: de afkorting LHBT gaat niet over vier nette hokjes op een rijtje, maar over een gevarieerde groep mensen die zich op het kruispunt van genderidentiteit en seksuele oriëntatie in een minderheidspositie bevinden. En die ook nog gewoon mens zijn, niet anders dan wie dan ook.

Presentatie van het rapport ‘Een wereld van verschil’ gemist en toch nieuwsgierig? Lees een impressie of ga naar de webwinkel voor de factsheets en het rapport.

Blog voor Rutgers, 2 mei 2014

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s